Aruba is al ruim 30 jaar een autonoom land in het Koninkrijk. Het bestuur kenmerkte zich voor verreweg het grootste deel door het voortdurend negeren van waarschuwingen en adviezen met name voor het gevoerde personeelsbeleid, het financieel beheer en, later, de ongebreidelde uitbreiding van hotelkamers. Het bestuur wist het beter en werd daarin blindelings gesteund door het Parlement. Eventuele Nederlandse ‘bemoeienis’ werd direct afgedaan als rekolonisatie. Het belangrijkste gevolg: een bijna onbetaalbare schuld met loodzware renteverplichtingen. Hierdoor ging Aruba de huidige Corona-crisis feitelijk in als doodzieke patiënt zonder enige buffer om tegenslagen op te vangen.

Record

De huidige crisis heeft zonder meer verregaande en langdurige gevolgen voor Aruba. Zo is in één klap het voorziene begrotingsoverschot van omstreeks Afl. 40 miljoen omgeslagen in een tekort van Afl. 1.3 miljard. De eenzijdige economie ligt voor onbepaalde tijd volledig op zijn gat en de mogelijkheid bestaat dat de werkloosheid van amper 5% in korte tijd zal vertienvoudigen. Er wordt voorzien dat omstreeks 25.000 mensen op een totaal werknemersbestand van (volgens SVB) 46.333 hun baan verliezen. Dit is een ramp van ongekende omvang die zelfs de gevolgen van de Lago-sluiting in 1985, die leidde tot een werkloosheid van 30%, in de schaduw stelt! Niet voor niets staat Aruba volgens een analyse van Standards & Poor’s op eenzame hoogte bovenaan de lijst van meest door de pandemie getroffen landen.

Buitenbeen

Zoals gewoonlijk neemt Aruba binnen het Koninkrijk een uitzonderingspositie in voor wat betreft de aanpak van de crisis. Nederland, de BES-eilanden, Curaçao en Sint Maarten hebben ervoor gekozen de crisis aan te pakken door werkgevers deels te financieren, vooral ten behoeve van het personeel. Zo blijft het economisch bestel naar verwachting min of meer gehandhaafd en vallen er niet onnodig veel ontslagen. De Arubaanse regering kiest er echter voor om zelf (gedeeltelijk!) in het inkomen van dat personeel te voorzien. Zeker bij een langere duur van de crisis kan dit volgens het bedrijfsleven fataal zijn voor haar overlevingskans. Het noodzakelijke economisch herstel via ondernemingen blijft daardoor lang(er) uit waardoor Aruba verder van huis raakt. Bijkomend probleem is dat Aruba zelf helemaal niet over de middelen beschikt om welk scenario ook te financieren.

Saneren

Onder deze omstandigheden is het begrijpelijk dat Aruba bij grote broer Nederland aanklopt voor bijstand. Om alleen al dit jaar door te komen is volgens de Centrale Bank Afl. 1,3 miljard nodig. Waarschijnlijk is dat inclusief de overmatige kosten van een uit de voegen gegroeid ambtenarenapparaat. Het nalaten van correcties op dit gebied weerhoudt elke mogelijke geldschieter zijn middelen in deze bodemloze put te storten, temeer omdat terugbetaling uiterst twijfelachtig is. Zo zal (de) Nederland(se bevolking), ondanks de ernstige sociaal-economische gevolgen van deze wereldwijde crisis in eigen land, ongetwijfeld bereid zijn een helpende hand te bieden om de ergste klappen in Aruba (èn de andere eilanden!) enigszins op te vangen. Maar er kan niet van haar verwacht worden dat zij ook betaalt voor de gevolgen van decennialang wanbeleid c.q. overheidscriminaliteit van opeenvolgende Arubaanse regeringen.  Het helpt Aruba dan ook geenszins indien haar politici in hoogdravende toon van Nederland eisen (!) dat die opdraait voor alle kosten en andersoortige (gezondheidslogistieke) problemen oplost waar die zelf al de nodige moeite mee heeft.

Slikken of stikken

Het voorgaande betekent dat door welke geldschieter dan ook eventuele bijstand slechts onder de voorwaarde wordt verleend dat er eindelijk ernst wordt gemaakt met de vele aanbevelingen van alle (inclusief eigen!) instanties om te saneren. Daarbij gaat het er onder meer om de overheid in te krimpen. Directe afvloeiing van personeel zonder meer is onder de huidige omstandigheden sociaal praktisch onmogelijk. Maar er kunnen vooruitlopend op economisch herstel wel overgangsregelingen worden geschapen. Bijvoorbeeld waarbij overtollig overheidspersoneel als eerste in aanmerking komt voor banen in gereedkomende hotels voordat er werkvergunningen worden verleend voor gelijk- of minder gekwalificeerd personeel uit het buitenland. Aangezien het er niet op lijkt dat Nederland het volledige door Aruba gevraagd bedrag ter beschikking wil stellen en de crisis waarschijnlijk langdurige effecten zal hebben, is het ook onvermijdelijk dat er door de overheid en andere sociale partners (zwaar?!) bezuinigd moet worden. Waar het heel lang niet lukte om alle overheidskosten te financieren met een bezettingsgraad in de hotels van 95%, zal dat helemaal niet meer lukken met een bezettingsgraad van 0%. Voor iedereen is dat een bittere pil.

Innoveren

Aruba ontkomt er evenmin aan om te innoveren. Dit moet speciaal gericht zijn op een concrete diversificatie van de economie. Het gaat er daarbij vooral om de al te grote afhankelijkheid van het buitenland en het wegvloeien van deviezen te verminderen. De laatste jaren zijn daartoe al de nodige initiatieven begonnen op het gebied van de landbouw. Groot knelpunt daarbij is onder meer de prohibitieve prijs van water.

Wegens het grote beslag dat de koop van energie (olieproducten) op de internationale deviezenreserve van Aruba legt, is het ook onvermijdelijk om te zoeken naar alternatieven. De grote beschikbaarheid van potentiële natuurlijke energiebronnen in Aruba zelf moet daarbij leidraad zijn. Helaas is het enorme terrein van de olieraffinaderij de komende jaren door een onbegrijpelijk akkoord tussen de Arubaanse regering en Venezolaanse delinquenten niet te gebruiken om via zonne- en windtechnologie Aruba van de benodigde energie te voorzien.

De grootste innovatie

Dat brengt ons meteen op de grootste noodzaak van innovatie: ons democratisch bestel. Onze partijendemocratie heeft de afgelopen decennia structureel ondeugdelijk gefunctioneerd. Eigen- en partijbelangen speelden altijd een overheersende rol. Het gemeenschapsbelang kwam er steeds bekaaid van af.  Na zoveel decennia van frustraties met ‘de politiek’ is het irrealistisch onze hoop te blijven stellen in een verbetering daarvan. We moeten dan ook een belangrijk deel van onze energie en creativiteit steken in een nieuw democratisch systeem/model waarin een nieuw soort bestuur en Parlement nu wèl zoveel mogelijk uit zijn op de behartiging van het algemeen belang. Dat wil zeggen dat toepassing van de criteria van deugdelijk bestuur (waaronder werkelijke transparantie) wordt gegarandeerd, het Parlement ‘onpartijdig’ functioneert, het systeem van ‘checks & balances’ gerehabiliteerd wordt en het verantwoordelijkheidsgevoel van de Arubaanse burgers wordt gestimuleerd in combinatie met zijn maximale participatie aan de ontwikkeling van de gemeenschap. Hoe zo’n model er uit zou kunnen zien valt te lezen in hoofdstuk 8 uit het zesde (en afsluitend) rapport van Stichting Deugdelijk Bestuur Aruba: https://deugdelijkbestuuraruba.org/wp-content/uploads/2019/12/NAAR-INTEGER-OPENBAAR-BESTUUR-IN-ARUBA.COR_.pdf.

Bittere noodzaak: deugdelijk bestuur!

Waar leidt dit allemaal toe? Feitelijk komt het erop neer dat alle correcties en maatregelen die de Arubaanse regering zonder meer zal moeten nemen niet anders zijn dan het concreet realiseren van deugdelijk bestuur om o.m. duurzame overheidsfinanciën te realiseren. Het gaat bijvoorbeeld om zaken als:

  • het ondernemen van een Kerntakenanalyse (KTA) om na te gaan welke overheidsdepartementen en (hoeveelheid) personeel werkelijk noodzakelijk zijn voor het (behoorlijk) functioneren van de overheid;
  • het naar de letter uitvoeren van de KTA om de ondraaglijke last van overtollig personeel te verlichten voor de samenleving en om Nederland het vertrouwen te geven dat het de regering dít keer menens is. Naar gelang Aruba de gemaakte afspraken nakomt, verleent Nederland verdere bijstand aan Aruba;
  • de hervorming van de salarissystematiek die volledig scheef is gegroeid na decennialang misbruik door ‘de politiek’. In combinatie met de belastinghervorming (bijv. zoals die van Bonaire) moet dit gericht zijn op een verlaging van salarissen en belastingen om Aruba minder duur te maken voor geïnteresseerde investeerders, waarbij de koopkracht zoveel mogelijk gehandhaafd blijft;
  • het concretiseren van alle intenties om deugdelijk bestuur te realiseren zoals weergegeven in het regeerprogramma (zie ook: Naar integer openbaar bestuur in Aruba, p. 42);
  • het bijdragen aan de opzet van een nieuw democratisch model dat meer garanties biedt voor de realisering van deugdelijk bestuur;
  • het propageren van deugdelijk bestuur in de samenleving en het benadrukken van de benodigde mentaliteitsverandering, in combinatie met een grotere verantwoordelijkheidsgevoel van burgers voor de samenleving.

Nationale aanpak

De huidige crisis is dusdanig ernstig dat die niet door ‘de politiek’ alleen kan noch mag worden aangepakt. Slechts een langdurig samenwerkingsverband met de belangrijkste actoren uit de Arubaanse gemeenschap is in staat om de grote uitdagingen met (enig) succes te lijf te gaan. Dit is noodzakelijk aangezien een zo breed mogelijk draagvlak vereist is om de onvermijdelijk ernstige gevolgen te accepteren (bijv. saneren en verlaagde welvaart), te dragen en aan te pakken. Deze nationale commissie is een noodzakelijke eerste stap naar werkelijk herstel. Daarbij moeten wij ook onder ogen durven zien dat simpelweg de draad oppakken wishfull thinking is.