Slechts enkele maanden geleden ontvouwde de minister van Justitie vol trots zijn nieuw beleid voor de komende 4 jaar. Terecht was hier sprake van een indrukwekkende prestatie. De afgelopen 7,5 jaar was het justitiebeleid onder dezelfde minister namelijk vaag en werd er geen/nauwelijks (cijfermatige) informatie verstrekt over de stand van de criminaliteit. Daarnaast beperkte de minister zich bij het presenteren van zijn beleid middels bijvoorbeeld de ontwerpbegroting van 2017 tot algemeenheden als dat ‘de criminaliteit daadkrachtig dient te worden bestreden’ en ‘de samenleving kan rekenen op de vastberadenheid van de minister van Justitie’. Uiteindelijk begreep ook hij kennelijk dat je geen resultaat kunt boeken zolang geen duidelijk beleid is vastgesteld.

Partijpolitiek misbruik van overheidsmiddelen en -personeel

Het is echter vreemd dat dit gebeurt vlak voor het verscheiden van zijn ambtstermijn. Daarmee zadelt hij zijn eventuele opvolger op met een beleid die daar mogelijk niet van gediend is. Het publieke geld en de mankracht die de minister gedurende maanden ongetwijfeld heeft aangewend om dat beleid in elkaar te (laten) zetten kan zodoende worden beschouwd als kapitaalsvernietiging. Het dient zodoende slechts om tijdens zijn verkiezingscampagne de schijn te wekken dat er inderdaad (eindelijk!) beleidsmatig wordt gewerkt. In die zin wordt publieksgeld en -mankracht in dienst gesteld van de persoonlijke campagne van een partijpolitieke kandidaat.

Jammer genoeg is hij hierin niet de enige. De afgelopen week werd bekend dat de premier een dubieus contract voor ruim Afl. 26.500,- per maand heeft afgesloten met het bedrijf Social Pop om ‘de geleverde prestaties’ van zijn regering gedurende de afgelopen 7,5 jaar onder een mediavergrootglas te leggen. De secretaris van de Ministerraad heeft voor de verdere propagering van het geproduceerde materiaal via internet een creditcard met een ruim limiet ontvangen om de reclamekosten van bijv. Facebook te dekken. Zodoende wordt ook hier uitgebreid geprofiteerd van publieksmiddelen terwijl en passant de regering wettelijke bepalingen als aanbestedingsvoorschriften aan haar laars lapt.

Het wordt hiermee duidelijk dat er sprake is van een ongelijke strijd. De regering(spartij) maakt namelijk ongegeneerd misbruik van publieksgeld, notabene in een periode waar allerlei urgente overheidstaken niet naar behoren worden uitgevoerd wegens geldgebrek. Maar ook verschillende departementshoofden en overheidspersoneel worden ingezet om onder diensttijd campagne te voeren terwijl het er op lijkt dat ook aan de personeelsstop de hand wordt gelicht. Hier is zonder meer sprake van onbehoorlijk bestuur. Maar er is meer aan de hand.

Wet Financiering Politieke Partijen

Het contract met Social Pop zou niet goed mogelijk zijn indien de Wet Financiering Politieke Partijen van kracht was geweest. De koppige onwil van regeringspartijen van de afgelopen decennia om die wet in te voeren duidt er alleen maar op dat koste wat kost moet worden voorkomen dat er klaarheid komt in de oorsprong en de besteding van verkregen campagnegelden. De indruk die zich op grond hiervan dan ook bij ingewijden voordoet is dat dit gebrek aan transparantie het voor de betrokken partijen makkelijker maakt om financiering te verkrijgen vanuit de onderwereld die daarmee hun illegaal verkregen gelden witwast. Reeds in het rapport Koerten (1995) werd vastgesteld dat ‘Arubaanse ambtsdragers zich makkelijk laten leiden door oneigenlijke zakelijke, privé of electorale overwegingen. Dergelijke ontsporingen spelen zich veelal in de materiële sfeer af waar ze tot grote economische maar vooral ook maatschappelijke schade aanleiding kunnen geven’. En even verder: ‘Het risico van integriteitsverval is hierdoor groot, zeker wanneer criminele oogmerken in het spel zijn’. De bescherming die belangrijke criminele campagnesponsors indertijd hebben ontvangen van bestuurders spreekt in dit kader duidelijke taal. De volharding in de weigering om de Wet Financiering Politieke Partijen daadwerkelijk door te voeren versterkt slechts het vermoeden dat er na 20 jaar in dit opzicht nog helemaal niets is veranderd.

Georganiseerde criminaliteit

Dit vermoeden van ‘criminele binding’ door de regeringspartij wordt versterkt door het justitieel onderzoek van de activiteiten van de minister van Arbeid, waarbij het er zelfs op lijkt dat er sprake zou kunnen zijn van georganiseerde criminaliteit binnen het bestuursapparaat. Hoewel door de voormalige fractieleider van de regeringspartij onlangs werd verklaard dat hij in die situatie persoonlijk direct afstand

van zijn functie zou hebben gedaan, stemde hij kort daarop geheel volgens de partijdiscipline tegen de motie van wantrouwen tegen de betrokken minister en vóór de motie die de schorsing van die minister in de nieuwe Integriteitswet legaliseert. Daarmee geven hij en zijn partij impliciet aan dat integriteit voor hen geen enkele rol speelt. In dit kader doet het schijnheilig aan dat juist hij zich heeft laten aanwijzen om de Integriteitskar van het IPKO te trekken.

Belastingontduiking

Maar er is meer. Politieke partijen die de (regerings)dienst uitmaken hebben niet alleen een groot voordeel door het misbruik van gemeenschapsgelden en –mankracht en het voorkomen van wetgeving die inzicht in hun campagnefinanciering mogelijk maakt. Zij zorgen er ook voor dat wetgeving die belastingontduiking op grote schaal voor hun sponsors mogelijk maakt, gehandhaafd blijft. Reeds vanaf het begin van de jaren ’90 wordt Aruba van alle kanten aanbevolen het gecompliceerde en tekortschietende (directe) belastingsysteem om te zetten in een veel eenvoudiger en eerlijker (indirect) systeem. De huidige vakminister voor Financiën heeft zelfs een volledig nieuw belastingsysteem laten ontwerpen door de vermaarde belastingdeskundige Willem Vermeend. Dat nieuwe model werd in 2016 door de premier echter van tafel geveegd, ofschoon dit reeds op korte termijn zou kunnen zorgen voor extra overheidsinkomsten van Afl. 100 miljoen per jaar. Maar…daarmee worden wel de mogelijkheden voor belastingontduiking geminimaliseerd. En dat vormt in verkiezingstijd waar grote bijdragen van sponsors binnen geharkt moeten worden om die later via onder meer belastingontduiking te kunnen compenseren, een groot electoraal risico.

Bananenrepubliek

Grote en kleine oppositiepartijen ontberen gelukkig(!) deze mogelijkheden voor campagnefinanciering. Dat maakt de verkiezingen wèl tot een ongelijke strijd. Anderzijds moet inzicht in deze materie tot de conclusie leiden dat hier kennelijk sprake is van een corrupte gang van zaken. Als zodanig betekent dit een ontmaskering van de regeringspartij. Dat zou moeten leiden tot een eenvoudige keus bij de verkiezingen. Het hangt echter grotendeels af van de eigen moraal die de kiezer er op na houdt, of er wederom gekozen wordt voor de handhaving of verdere ontwikkeling van een bananenrepubliek of dat eindelijk de voorkeur gegeven wordt aan de groei naar een democratische rechtstaat.